Kan COP27 bijdragen aan duurzamer datagebruik?

Als je een eerlijke prijs zou berekenen (en betalen) voor wat je afneemt, inclusief de impact die het heeft op het milieu, dan zou de vraag naar echt duurzaam vanzelf ontstaan. Douwe van der Stroom, program manager energietransitie & digitalisering, Port of Rotterdam.

6 tot 18 november vindt de 27e klimaattop plaats in Sharm-el-Sheikh, Egypte. Kan deze top ook iets betekenen voor nieuwe regelgeving en de vraag naar duurzame data? Daarover gaat Niek de Jong, CEO van Leafcloud, in gesprek met Douwe van der Stroom, programma manager energietransitie & digitalisering bij Port of Rotterdam en tevens ook milieuactivist. Douwe heeft als doelstelling minder CO2-uitstoot in de haven en tegelijkertijd het Havenbedrijf een meer data gedreven organisatie te maken. Vorig jaar nam hij op uitnodiging van de Nederlandse delegatie deel aan de COP26 in Glasgow.

Douwe, kun je iets vertellen over jouw ervaring met de COP?

In 2021 hebben diverse milieuorganisaties waar ik verbonden mee was de Rail to the COP georganiseerd van Amsterdam naar Glasgow. Naast milieuactivisten sloten ook diverse journalisten, beleidsmedewerkers en belangenorganisaties aan.. Ik stapte dus eigenlijk in die trein als zowel deelnemer als activist. Hier gingen we per coupé over diverse klimaat gerelateerde thema’s in discussie ter voorbereiding op de klimaattop.

Hoe werkt een klimaattop?

Via klimaatdiplomatie werken de aanwezige landen naar afspraken toe. Vaak zijn ambtenaren al jaren bezig met dergelijke resoluties. Er wordt gesproken over diverse thema’s van klimaatadaptatie tot ‘loss and damages’. Tijdens de debatten probeer je samen te komen tot een afspraak waarin iedereen zich kan vinden. Een voorbeeld van een discussie die de gemoederen hoog deed oplopen afgelopen jaar was of we zouden opnemen dat we tot het stoppen van kolen zouden komen of tot het uitfaseren.  

Naast de klimaatdiplomatie zijn er initiatieven vanuit individuele landen om afspraken te maken, de zogenaamde pledges. Zo was er vorig jaar een pledge om de uitstoot van methaan, dat nog schadelijker is dan CO2, drastisch te verminderen. Deze belofte is uiteindelijk door 100 landen gesteund. Hoewel we helaas de uitstoot van methaan nog hebben zien toenemen afgelopen jaar. Des te meer reden om hier haast mee te maken.  

Maar het indrukwekkendste van alles vond ik de klimaatmarsen die rondom de top plaatsvinden. Tienduizenden mensen die de moeite nemen om samen te komen om te laten zien hoe belangrijk zij actie nemen omtrent de klimaatcrisis vinden. Dit geeft een sterk signaal af naar de wereldleiders die hier allemaal samenkomen.  

In de praktijk zie ik nog een behoorlijke kloof tussen wat overheden zeggen wat ze willen bereiken en wat ze werkelijk doen. Bijvoorbeeld bij gemeentes. Ze willen allemaal open source gebruiken en zo duurzaam mogelijk inkopen. Maar als uiteindelijk de tender eruit gaat, dan wordt hier uiteindelijk toch niet voor gekozen. Voor veel ambtenaren ook heel frustrerend.  

Volgens mij geldt hier het principe “Supply follows demand”. Als er nou maar vraag komt naar duurzame producten, dan gaan ook grote partijen duurzaam produceren. Denk je dat de COP een rol kan spelen in het afdwingen van die vraag?  

Ja, dat denk ik wel. Tijdens de klimaattoppen werken landen aan een gezamenlijke doelstelling. Denk aan de afspraak in Parijs van maximaal 2 graden opwarming. Aan die afspraken zijn geen directe consequenties verbonden. Toch wordt hier wel steeds meer op gelet. De doelstellingen worden wel vertaald naar National Determined Contributions (NDC’s) die bepalen wat elk land moet gaan doen. Vaak vertaalt zich dit in nationale wet- en regelgeving. Zo hebben we in Nederland de Klimaatwet. Je ziet ook in Nederland dat er steeds meer wordt afgedwongen via dit soort wet- en regelgeving. Die normering kom ik ook steeds vaker tegen hier in de haven.

Ja, dat merken wij ook bij Leafcloud. Onlangs stapten een grote AEX-klant naar ons over omdat zij moeten gaan rapporteren over energiebesparing en CO2-emissies. Wij kunnen dat via een API beschikbaar stellen. Dat maakt het voor hen makkelijker aan die verplichting te voldoen.

In de scheepvaart hebben we een soortgelijk voorbeeld van de International Maritime Organization. Zij hebben in 2015 een doelstelling voorbereid voor laag zwaveluitstoot voor de boten in Europese wateren. Die ging uiteindelijk in 2020 in en heeft nu al gezorgd voor de grootste reductie in uitstoot die we hebben gezien in de scheepvaart in de afgelopen jaren. De schepen moesten zich wel aanpassen als ze door Europese wateren wilden.  

Shell was een van de weinige partijen die hierop heeft geanticipeerd door lage zwaveluitstoot brandstof te produceren. Dat laat zien dat wet- en regelgeving niet alleen voorschrijft wat niet mag, maar ook mogelijkheden biedt.  

Is de COP ook de plek om keurmerken te creëren? Bijvoorbeeld voor zo’n lage zwaveluitstoot brandstof of duurzame dataopslag?

Ik denk dat dat meer iets is voor de Europese Unie. Zij kunnen lidstaten makkelijker standaarden opleggen. Denk maar aan de uniforme USB-aansluiting.  

In de haven zijn we al wel bezig met dat soort certificering. Hoe je bijvoorbeeld kunt bepalen dat energie die je afneemt ook echt groen is. Dat willen we onafhankelijk laten bepalen. Daar worden steeds meer standaarden voor ontwikkeld, voornamelijk vanuit de Europese Unie.  

De nationale regering kan nog meer invloed uitoefenen. Met name om bepaalde technologieën die nog prijzig zijn te stimuleren bijvoorbeeld. Zo is waterstof al beschikbaar als brandstof voor auto’s maar het is nog veel duurder dan benzine. Met ‘contracts for difference’ kan de regering besluiten dit prijsverschil te subsidiëren om de ontwikkeling te stimuleren.  

Gek genoeg is de overheid voor ons de moeilijkste sector. Ze subsidiëren wel maar zelf groen dataverkeer inkopen, is lastig, om allerlei redenen. Bijvoorbeeld omdat voor ons kiezen in het begin meer tijd vergt dan de gebaande weg via hyperscalers. Als ze eenmaal over zijn, is het geen probleem meer. Toch houdt dit ze tegen. Eigenlijk zou je daar steun van Europa of de nationale overheid willen krijgen om die initiële investering te stimuleren.

Bij de overheid zijn er vaak programma’s met daaraan gekoppelde budgetten. De uitgaven hiervan door middel van subsidies zijn gebonden aan wet- en regelgeving. Dat kan soms misschien stroperig aanvoelen, maar besef wel hoe de keerzijde al snel dicht in de buurt komt van oneerlijke staatsteun. Bij semi-overheidsinstanties als de Port of Rotterdam hebben we meer vrijheid om in innovatie te stappen. Dat ziet de overheid ook en ze ondersteunen ons om dat verder mogelijk te maken.

Samengevat is de klimaattop dus vooral bedoeld om ambities vast te leggen, die vervolgens in nationale wet- en regelgeving wordt doorgevoerd. Wij vullen dan de laatste praktische schakel in, jij in de haven en wij met duurzame cloud. Willen we echt impact maken en de ambities van COP waarmaken, begint het bij het creëren van demand. Deze taak ligt in eerste instantie bij de overheid. In plaats van geld aan onderzoek en subsidie te besteden, zouden zij bijvoorbeeld door BTW-vrijstelling of Contract for Difference de demand naar echt duurzame datagebruik kunnen stimuleren.

Dan kom je eigenlijk uit op het principe van ‘True Pricing’: als je een eerlijke prijs zou berekenen (en betalen) voor wat je afneemt, inclusief de impact die het heeft op het milieu, dan zou de vraag naar echt duurzaam vanzelf ontstaan.

Wil jij de stap zetten naar groene IT? Lees dan meer over onze groene datacenterrevolutie en maak impact met de IT-keuzes van jouw organisatie.